Maatschap Bijma-Meekel |
![]() |
![]() |
![]() |
Oogst SeizoenDe maanden die groen ingekleurd zijn geven het natuurlijke oogstseizoen van het product weer.
Even voor de duidelijkheid dit zijn richtlijnen.
Omstreeks het jaar 700 ging men in ons land een deel van het bouwla afscheiden door een omheining. Binnen de omheining teelde men fijne gewassen. De omheining werd tuin genoemd, later is deze naam gegeven aan het stukje grond zelf. Deze “tuinen”troffen we aan bij de huizen der aanzienlijken en de kloosters. Men teelde er eetbare planten, die groen geoogst als “groente”of warm tot moes gekookt als “warm-moes”gegeten werden. (Nu schrijft men warmoes.) Dit stukje historie verklaart ons het ontstaan van de woorden: tuin, moestuin, groente en warmoezerij. Omstreeks het jaar 1500 werd het bij de rijke stadsbewoners gewoonte om groente toespijs te gebruiken. De belangrijkste groentegewassen in die tijd waren sluitkool, uien, knoflook en wortelen. De eerste handelstuinbouw treffen we dan ook aan in de nabijheid van welvarende steden. De oudste centra zijn: de Streek, de Langendijk, Beverwijk, Roelofarendsveen, Aalsmeer en ’t Westland. Ons land is sindsdien geworden een land van goede kwekers. Velen trokken naar andere landen en zo vindt men de Nederlandse groenteteler op Amager in Denemarken. Tachtig Nederlandse gezinnen vestigden zich daar reeds in 1516. Maar ook treffen we echt Nederlandse namen aan onder de groentetelers in de Verenigde Staten van Noord-Amerika, in Canada, in Duitsland, Engeland en Frankrijk. In het land ten westen van Delft, “’t Westland”, nam de tuinbouw het snelst toe. De bevolking woonde eerst op de hogere en drogere gronden te Monster, Honselersdijk en Naaldwijk. Omstreeks 1300 ontstond het waterschap Delfland en werden de lagere streken ook bewoonbaar, zoals Poeldijk, de Lier, Wateringen en Kwintsheul. De kloostertuinen waren hier proeftuinen, waar men reeds appels, peren, bessen, pruimen en meloenen teelde. Omstreeks 1600 begon in ons land de zeevaart zich sterk te ontwikkelen, Deze bracht ons land meer welvaart en vaak onbekende gewassen uit andere landen. Welvaart en nieuwe gewassen betekenden beide voor de tuinbouw een vooruitgang, terwijl ook toename van de bevolking en verbetering van de binnenvaart de tuinbouw ten goede kwamen. In 1647 werd Franciscus Verburgh pastoor van Poeldijk en omliggende plaatsen. Hij was geen onbekende op tuinbouwgebied, nam proeven in eigen tuin en moedigde sterk de teelt van druiven aan. Druiven, in eigen tuin geteeld, bood hij Prinses Maria en Prins Willem III aan. Toen hij in 1708 stierf was de tuinbouw in het Westland ingeburgerd. Tijdens de achttiende eeuw nam de tuinbouw in ons land toe. In het westelijk deel van ons land heeft men dan de beroepstuinbouw en in het oostelijk deel teelt men nog in hoofdzaak voor eigen behoeften. Het verbruin van de aardappel wordt nu algemener met als gevolg dat ook meer bladgroenten worden gegeten. De aardbei is al een zeer gewild produkt; veel geteeld in Aalsmeer, Boskoop en Oud-Beijerland. Ze werden vanuit deze plaatsen in stenen potjes of koppen in de grote steden ter markt aan gevoerd. In de 19de eeuw was het de opkomende industrialisatie en daardoor toename van de bevolking in ons eigen land, maar ook in Duitsland en Engeland, die grote uitbreiding gaf aan de tuinbouw. De krachtige, algemeen opgaande conjunctuur bood de tuinbouw goede ontwikkelingskansen door export. In 1880 ontstond een internationale economische crisis, die ook zijn terugslag had op de tuinbouw. Men trachtte hierin verbetering te brengen door het onderwijs te bevorderen. De 1876 werd de Rijkslandbouwschool te Wageningen gesticht en in 1884 de G.A. van Swieten Tuinbouwschool te Frederiksoord. De eerste algemene tuinbouwcursus werd in 1896 te Naaldwijk gegeven. Ook in de afzet van de produkten trachtte men verbetering te brengen. De eerste veiling werd opgericht in 1887 te Broek op Langedijk, gevolgd in 1889 door de veilingverenging “Westland”. In het begin van de 20e eeuw ging de uitbreiding van de tuinbouw regelmatig door en werd door het gebruik van glas de teelt meer intensief, totdat met de crisis in de dertiger jaren onze groente-export terugliep tot op de helft (van 66 miljoen gulden tot 34 miljoen gulden). Door middel van teeltvergunningen werd in 1933 de tuinbouw aan banden gelegd. Tijdens en na de 2e wereldoorlog herstelde de tuinbouw zich geleidelijk. Maar onze exportmarkten bleken vaak verdwenen en in Engeland was de tuinbouw toegenomen. Goede samenwerking tussen standsorganisaties, vakorganisaties, veilingen en vakbekwame tuinders, die niet alleen vaktechnisch, maar ook economisch voldoende onderlegd zijn, zal het alleen mogelijk maken om de international moeilijkheden, die de tuinbouw steeds ondervindt, het hoofd te bieden.
Bronvermelding: Groenteteelt voor de volle grond door A.J. Verkley |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
© 2007 <Maatschap
Bijma-Meekel> Alle afbeeldingen op deze site zijn
eigendom van en beschermd door de
|